Time flew. So did I.

18 juli 2017 - Delft, Nederland

Maandag begonnen Lisa en ik onze dag op Green River. We waren gevraagd voor een testimonial filmpje waarin we zouden vertellen over onze ervaring met het Gap Year Programma en omdat Lisa en ik zo goed bevriend waren geraakt dóór het programma wilden ze ons graag samen filmen. We hadden van tevoren wat vragen toegestuurd gekregen die we voor de camera zouden beantwoorden. Om het zo natuurlijk mogelijk over te laten komen (wat nog niet zo makkelijk is), stelden ze de vragen nog een keer terwijl de camera rolde en moesten we gewoon gezellig samen een verhaal vertellen. Nadat de vragen opgenomen waren, was het tijd om wat mooie shots te nemen op de campus. Natuurlijk kan een hele ochtend draaien niet zonder bloopers, dus heb ik er eentje ingegooid door mijn bakje frietjes niet óp de kassa maar er vlak ervóór te willen neerzetten. Enfin. Het was een gezellige ochtend waarop we weer heel wat herinneringen naar boven hebben weten te halen. Ik heb het idee dat de cameravrouw zo’n drie uur aan videomateriaal heeft, waar ze een filmpje van zo’n drie minuten van moet gaan maken. Genoeg keus zou ik zeggen, nu het eindresultaat afwachten.

’s Middags wilden Lisa en ik weer even boodschappen doen, dit keer voor Nederlandse appeltaart, dus mochten we de auto van Melissa weer meepakken. We hadden niet zoveel nodig als de vorige keer, waardoor we ruim op tijd thuis waren om te koken. Voor deze avond stond er weer een semi-Hollands gerecht op het menu: macaroni. Het is niet helemaal eerlijk tegenover de Italianen om dit als Hollands eten te serveren, maar net als met de bami was het een kruidenzakje van de Jumbo en denk ik niet dat veel Italianen het op die manier zouden klaarmaken.

Na het eten wilden Lisa en ik wat quality time doorbrengen met Paul door mee te gaan disc golfen. Dit heb ik al één keer eerder gedaan met Corlee in plaats van Lisa, dat was echter niet te zien aan mijn techniek, want dat was nog steeds niet om over naar huis te schrijven. Bij disk golf gooi je een disk richting een korf, waarbij je rekening moet houden met bomen, struiken en andere vormen van natuur die de weg belemmeren. Er is een bepaalde techniek waarmee je de disk een “spin” meegeeft en zorgt dat het recht door de lucht gaat en niet als een boemerang terug komt vliegen. Als twee beginnende spelers zijn we met veel geklungel het parcours afgegaan, waarbij Paul en de hondjes geduldig op ons wachtten. Lisa bleek er meer talent voor te hebben dan ik, dus tegen het eind van de avond had zij het behoorlijk goed onder de knie.

Dinsdag maakte Lisa de opmerking: vanaf vandaag is elke dag de laatste van die dag in Amerika. Dit was een vreemde realisatie waar niet onderuit te komen viel. Gelukkig was er ook vandaag weer genoeg te doen en had ik geen tijd hier verder bij stil te staan. We hadden een belangrijke lunchafspraak met Lansing (de contactpersoon voor Nederlanders op Green River), Aart (een jongen uit Nederland) en een man van de reisorganisatie Kilroy. De lunch draaide om de man van Kilroy, die in Amerika op bezoek was om verhalen van studenten aan te horen die door de reisorganisatie in het buitenland terecht waren gekomen. Lisa en ik vertelden honderduit over van alles en nog wat, terwijl we op het terras van de golfclub in Auburn wachtten op ons eten. Het was een vriendelijke jongeman, die er ook zeker niet verkeerd uitzag. Beetje jammer dat hij uit Denemarken komt en daar een vriendin met een pasgeboren tweeling heeft wonen.

Nadat we weer afgezet waren op Green River, zijn Lisa en ik richting tankstation gelopen. Een tankstation zonder auto? Jazeker, we kwamen namelijk niet voor brandstof voor een auto, maar voor onszelf. Het tankstation 7-Eleven had op de dag 7/11 (11 juli) een aanbieding waarbij iedereen onbeperkt slurpees kon halen. Dit zijn een soort slush puppies die gemaakt zijn van frisdrank waardoor de prik er ook nog steeds in zit. In andere woorden, een suikerbom die tintelt in je mond. De rij reikte tot buiten de deur en toen Lisa en ik onze tijd namen om alle smaken eerst te proeven voordat we onze beker helemaal volgooiden, werd er zachtjes achter ons gezucht. We zijn de winkel uitgelopen met beide twee bekers in onze handen. Suikerspin, watermeloen, citroenlimonade en een mix van alle zes de smaken die verkrijgbaar waren (bovenstaande met Cola, kers en Mountain Dew). We zijn ergens in het gras gaan zitten en hebben slurpees gedronken tot we misselijk waren.

De volgende dag zijn we de hele dag actief bezig geweest. We waren begonnen in de tuin, waar we bloempotten hebben beschilderd en terwijl deze stonden te drogen zijn we twee appeltaarten gaan bakken. Eén voor onszelf en Paul en één voor Bill en Roselle omdat we ze wilden bedanken in de vorm van iets typisch Nederlands. Het bakken duurde heel wat langer dan verwacht omdat het deeg door de warmte smolt voordat we het in de vorm konden krijgen. Tegen de tijd dat de appeltaart de oven uit kon, was Melissa thuis en konden we hem direct langs gaan brengen bij Bill en Roselle. Ze waren er erg blij mee en konden niet wachten om hem te proberen.
Na het eten, wat voor de verandering uit restjes bestond, besloten Lisa en ik de hondjes mee te nemen op een wandeling door de buurt omdat ze heel onrustig waren. Toen we terug kwamen zijn we op de bank geploft met onze zelfgebakken appeltaart om voor de derde avond op rij Twilight te kijken.

Donderdag zijn we begonnen met koffers inpakken. Waar het in Santa Barbara niet uitmaakt hoe en in welke koffer mijn spullen zaten zolang het maar ergens in zat, moest ik nu letten op zowel ruimte als gewicht. Met Icelandair is het toegestaan per persoon twee koffers mee te nemen en omdat Lisa maar één koffer nodig had, mocht ik haar tweede koffer vullen met mijn spullen. Dit hadden we van tevoren zo afgesproken omdat je na een jaar behoorlijk wat spullen bij elkaar verzameld hebt die je ook weer mee terug wilt nemen.

We hadden het inpakken behoorlijk onderschat, dus in plaats dat we een ochtendje aan het inpakken waren, zaten we de hele dag kleren in vacuümzakken te stoppen. Tegen het avondeten had ik twee koffers gevuld tot precies 23 kilo en zat alles wat ik niet meer nodig zou hebben al in de derde koffer. Het ingepakt zijn gaf best wel een dubbel gevoel, want aan de ene kant was er een last van mijn schouders af omdat ik mij daar geen zorgen meer over hoefde te maken, maar aan de andere kant was de kamer nu zo leeg dat het wel heel duidelijk was dat ik op het punt stond te vertrekken.

Ik werd weer opgevrolijkt toen ik met Lisa in de keuken bezig was met een heerlijke oer-Hollandse boerenkoolstamppot. Alle ingrediënten waren aanwezig, van jus tot worst. Paul was enigszins sceptisch over de boerenkool, maar dat neem je hem niet kwalijk als je weet dat Amerikanen het zien als dieet-voedsel dat je als rauwe salade eet. Lisa en ik konden er geen genoeg van krijgen! Melissa vond het geheel verbazingwekkend lekker en ook Paul deed er niet moeilijk over.

Vrijdag konden Lisa en ik even ademhalen. We hadden niets bijzonders op het programma, dus nadat Melissa klaar was met werken zijn we naar een van haar favoriete eettentjes geweest. Volgens Melissa is de “fried chicken” en “fried catfish” “the best of Amerca” en is de mac&cheese “to die for”. Met hoge verwachting bestelden Lisa en ik toen zowel de kip als de meerval met mac&cheese en aardappelsalade als bijgerecht. Ik moet toegeven dat het inderdaad ontzettend lekker was, maar “to die for” lijkt mij een beetje overdreven.

Die avond stond het laatste Nederlandse gerecht op het programma en in het kader van “save the best for last”, stonden Lisa en ik ’s avonds een enorme hoeveelheid pannenkoeken te bakken. Aan het eind van het deeg lagen er 36 pannenkoeken opgestapeld op een bord en konden we ons buikje rondeten. Lisa en ik hebben flink ons best gedaan met de grote stapel, tot in tegenstelling van Paul en Melissa die na drie pannenkoeken al genoeg hadden. Nadat we het eten iets hadden laten zakken, zijn Melissa, Lisa en ik boodschappen gaan doen. Normaal zou ik mij er niet zo voor interesseren en ik wil niet emotioneel doen ofzo, maar dit zou de laatste keer in een Amerikaanse supermarkt zijn en dat wilde ik niet missen.

Zaterdag was het tijd voor een volgend, maar ook het laatste avontuur in Washington. We waren vroeg opgestaan om de grote hordes mensen te ontlopen. De plek waar we die dag heen zouden gaan, hebben we al heel vaak aan de horizon zien staan en nu was het tijd om het van dichtbij te bekijken. Misschien raden jullie het al, ik heb het namelijk over Mount Rainier National Park. Het beklimmen van de 4392 meter hoge berg zelf was op dit moment een beetje ons petje te boven, maar we konden wel naar Sunrise, het hoogste punt wat met de auto te bereiken is. Het is een prachtig gebied voor wandelingen met allerlei verschillende soorten plantjes en bloemen. En als je om je heen kijkt terwijl je loopt heb je uitzicht op de berg in al zijn glorie.
Paul houdt er niet van de meest bewandelde paden te nemen, dus kwamen we terecht op een smal pad zonder een spoor van andere mensen waardoor we alleen natuur en voetstappen om ons heen hoorden.

Op het moment dat we terugliepen naar de auto om naar een ander deel van het park te gaan, wikkelden wolken de berg in een wit deken en was hij niet langer voor het publiek zichtbaar. We waren precies op tijd geweest, wat ook bleek uit de enorme rij auto’s die stonden te wachten om het park in te mogen. In het andere deel van het park, dat we bereikten na eindeloze slingerwegen, hebben we een bezoekje gebracht aan de Grove of the Patriarchs. Via een wandelpad langs een mooie turquoise river bereik je een hangbrug waar maar 1 persoon tegelijk overheen mag lopen (je kunt je de rij vast wel voorstellen) met aan de andere kant een eiland vol hele oude Western Red-Cedar, Douglas-fir en Western Hemlock bomen. Omdat de bomen zo ontzettend oud zijn, zijn ze super hoog en super breed. Het had iets weg van de Avenue of the Giants in Redwood National Park. Je kon over een pad lopen gemaakt van houten vlonders langs alle gigantische bomen. Als je overweegt aan boom knuffelen te gaan doen, zou ik een ander plekje uitzoeken want de bomen zijn zo dik dat je zelf met z’n tweeën niet eens de helft van de boom omsluit.

De hondjes hadden we thuisgelaten en omdat we vroeg weg waren gegaan in de ochtend, zijn we na de lunch weer naar huis gereden. Dit kwam rooster technisch ook wel goed uit, want er moest nog heel wat gebeuren in het huis en de tuin voordat we de volgende dag gasten zouden kunnen ontvangen voor een afscheidsfeestje dat Melissa voor ons wilde organiseren. Lisa heeft het bloemenperkje opgekapt, ik heb gemaaid gras opgeruimd en Melissa heeft eten gekookt, zowel voor de volgende dag als die avond.

Het klaarmaken van het eten en opknappen van de tuin ging de volgende dag verder. De stoelen en tafels moesten afgenomen worden, het gazon aangeveegd, groente gesneden, hapjes klaargemaakt en ga zo maar door. De hele ochtend en het grootste deel van de middag hadden we hier onze handjes aan vol. De tafel moest netjes gedekt worden zodat al het eten erop uitgestald kon worden en buiten moest een tafeltje komen voor al het drinken. Zo druk bezig zijn liet geen tijd over om stil te staan bij het feit dat dit mijn laatste volledige dag in Amerika zou zijn. Deze realisatie zou later wel komen, als ik met iedereen herinneringen zou gaan ophalen van mijn fantastische tijd in Washington.

Tegen een uur of 4 kwamen de eerste gasten binnen druppelen. Daniel, Sharon, Jim en Jill. Jill had gevulde eieren meegebracht wat toegevoegd kon worden aan de rest van alle lekkernijen die Melissa had klaargemaakt. We hadden geluk met het weer, waardoor we heerlijk buiten in de tuin konden zitten. Niet veel later kwamen Sarah en Joe aan en kon Paul beginnen met het bakken van kalkoenburgers en worsten op de barbecue. Het werd een ontzettend gezellige avond, waarop we veel verhalen te vertellen hadden. Grappige anekdotes, gênante voorvallen en de allereerste herinneringen die we van elkaar hadden. Ik ben heel blij dat Melissa dit feestje had georganiseerd, want het was een mooie manier om mijn periode in Amerika af te sluiten. Het gaf wat rust in mijn hoofd.

Na de vers gebakken brownies als toetje, was het tijd voor een afsluitingsritueel. Corlee had het graag gedaan voordat ze naar kamp zou gaan, maar helaas is het daar niet van gekomen. Er werd een kampvuur gemaakt waarin de kerstboom van afgelopen kerst werd verbrand. Nadat de kerstboom in vlammen was opgegaan, kon het niet langer uitgesteld worden. Ik moest afscheid gaan nemen van Jill, Sharon, Daniel en Jim. Een paar losse tranen rolden over mijn wangen terwijl ik ze allemaal een dikke knuffel gaf met de belofte elkaar snel weer te zien. Sarah en Joe zijn nog wat langer blijven hangen rond de vuurkorf, maar toen het pikdonker en heel koud werd, zijn ook zij na een uitgebreid afscheid naar huis gegaan.

Aan het eind van deze inspannende dag zijn Lisa en ik meteen naar bed gegaan en ik heb het idee dat Lisa als een blok in slaap viel. Ik daarentegen heb nog uren wakker gelegen, tot mijn ogen oververmoeid waren en mijn hersenen de letters van mijn boek niet langer in woorden konden omzetten.

Dag van vertrek. Ik werd wakker met een raar gevoel in mijn buik en wilde voor altijd in dit bed blijven liggen, maar tegelijkertijd kon ik er ook niet snel genoeg uit. De laatste spullen had ik de vorige ochtend al ingepakt, dus ik hoefde alleen mijn pyjama en toilettas in mijn koffer te doen. We waren vroeg opgestaan zodat we de laatste dingen konden doen in huis (bedden afhalen, prullenbakje leggen, koffer naar beneden, etc.) en helemaal klaar konden staan voor vertrek voordat we nog een laatste keer naar Green River zouden gaan. We wilden gedag zeggen tegen een aantal mensen en ons overgebleven Nederlands eten aan de European Club doneren. Terwijl ik mensen knuffels gaf en ze bedankten voor het afgelopen jaar, was ik in mijn hoofd honderd dingen aan het bedenken waar ik niet aan toe zou komen. Het sloeg eigenlijk helemaal nergens op, want ik ben niks te kort geschoten de afgelopen maanden, maar nu het eind van het avontuur zo dichtbij kwam, had ik als het ware spijt van elk uur dat ik had geslapen. Ik had ook het idee dat ik niet goed afscheid had kunnen nemen van iedereen in Santa Barbara en dit alles zorgde voor een lichtelijk benauwd gevoel.

Eenmaal terug thuis ben ik mijn to do lijstje nog eens afgegaan en heb ik besloten dat ik alles had gedaan wat ik nog moest doen vandaag. Het enige wat nog moest gebeuren was een kaart schrijven aan Paul en Melissa. Lisa en ik zijn er even goed voor gaan zitten omdat we een mooie afscheidstekst wilden schrijven die hun hart zou raken. Toen Melissa om 11 uur terugkwam van haar werk en we zijn meteen de auto gaan inladen. Alle drie waren we erg stil voor ons doen omdat we alle drie wisten wat ons te wachten stond. De hondjes voelden ook aan dat er iets stond te gebeuren en liepen ongeduldig om ons heen, vragend om opgepakt te worden. Het vertrek kon niet langer uitgesteld worden, dus zijn we in de auto gestapt op weg naar de bank. Bedoel je niet het vliegveld? Nee eerst de bank, want voordat we definitief het land zouden verlaten moesten eerst nog een aantal bankzaken geregeld worden. Dit was sneller gebeurd dan verwacht, dus hadden we tijd om nog even ergens te gaan zitten voor de lunch. Dit we werd een tuna sandwich bij Jimmy John's. Er werd nog steeds niet veel gezegd en het lachen voelde een beetje krampachtig.

We hadden met Paul afgesproken om ons te ontmoeten op het vliegveld zodat we daar met z'n allen afscheid van elkaar konden nemen. In zijn werkkleding (nette lange broek en polo, normaal loopt hij altijd in een korte broek en T-shirt) stond hij ons al op te wachten. Met z'n vieren zijn we vervolgens richting security gelopen. Lisa en ik hebben onze kaart gegeven en dit bleek het gewenste effect te hebben. Bij zowel Melissa als Paul schoten de tranen in de ogen, waardoor ik het zelf ook niet meer droog hielt. We hebben flink geknuffeld en nogmaals elkaar bedankt voor de fantastische tijd, tot het tijd was om ons om te draaien en in de rij te stappen.

We waren snel door de tassencontrole heen, het boarden ging voorspoedig en al gauw zaten we in het vliegtuig. Ik was zo uitgeput dat ik binnen een uur na het opstijgen niet meer naar mijn schermpje kon kijken en in slaap viel. Op het vliegveld in Reykjavik hadden we een uur om van gate te wisselen, een wc te zoeken en iedereen op de hoogte te brengen van onze veilige landing in IJsland. Na nog eens 3 uur in een vliegtuig, was het alweer tijd om te landen en kon ik vanuit het raampje het mooie Nederlandse landschap zien. Vlak voor het landen heb ik de twee jongens naast mij uitgelegd hoe je snel een trein kunt vinden op het vliegveld, waarna we een tijdje aan de praat raakten over Nederland en sporten. Ze kwamen speciaal drie dagen naar Nederland om de trompet blazen voor het IJslandse vrouwenteam dat op het EK-voetbal speelt. Ik wenste hen veel succes en plezier en zij wensten mij een welkom thuis.

We moesten vrij lang wachten op onze bagage, maar toen alle koffers veilig op ons karretje lagen konden Lisa en ik ons richting aankomsthal begeven. Een klein maar fijn welkomstcomité stond ons daar op te wachten met een spandoek, bonbons en een welkom-thuis-pakketje. Iedereen kreeg een dikke knuffel en Jonathan nog een extra dikke want door het tijdsverschil waren we een dag vooruitgesprongen, waardoor het ondertussen al dinsdag was en Jonathan dus 12 jaar was geworden! Wat een mooi moment om thuis te komen.

P.S. Wees gerust, dit is niet mijn allerlaatste blog. Ik zal nog één afsluitende blog schrijven, waarin ik terug kijk op mijn fantastische reis en dit hoofdstuk uit mijn leven netjes afsluit.